Als je jarig bent, mag je zeggen wat je wilt eten. En dus kiest het lief op maandag Haagse bluf als ultiem toetje, want dat at hij vroeger ook altijd wanneer hij jarig was (kijk, zo gaat dat met self furfilling prophecies). Haagse bluf, zeg je? Ja, wel van gehoord, ja, maar ooit gemaakt? Ik dacht het niet. Hoe moet dat eigenlijk? Gelukkig kan ik putten uit mijn schier oneindige verzameling kookboeken en dus heb ik snel (in deze) het juiste recept te pakken:
En wat blijkt? Het is hárt-stik-ke eenvoudig. Gewoon (2) eiwitten (met 1/8tl wijnsteenzuur) opkloppen tot zachte pieken; daar (4el) fijne kristalsuiker doorheen kloppen tot een fijne, satijnglanzende meringue ontstaat en tenslotte, beetje bij beetje, 150 tot 200ml bessensap hier doorheen kloppen. Ik heb nog gebotteld bramen- sap staan voor dit doel, maar met roosvicée of een sapje uit de winkel lukt het ook.
De 'bluf' in een mooi glaasje lepelen (of spuiten), vruchtjes erbij, koekje erin. Et voilà; opgeklopte lucht at your beckon call!
De 'bluf' in een mooi glaasje lepelen (of spuiten), vruchtjes erbij, koekje erin. Et voilà; opgeklopte lucht at your beckon call!