
Maar thuisgekomen heb ik er toch weer een eigen draai aangegeven, door in een soeppan een uitje te fruiten in een scheutje olijfolie. Daar een zoete aardappel en een flinke pastinaak (beiden geschild en in blokjes) aan toevoegen en even mee laten bakken, waarna afblussen met bouillon (er was nog piepkuikenbouillon) of water met bouillonblokje(s). Na kwartiertje sudderen, een blik maïskorrels (afgegoten) erbij en een verpakking rivierkreeftjes (goedkoper dan garnalen en óók lekker!) en een ruime hoeveelheid versneden groene kruiden (koriander). Snel klaar. Erg lekker. Fijn vullend.
Soep = goed.

Soep = goed.

Geen opmerkingen:
Een reactie posten