Het cadeau voor mijn moeder dit jaar was een twintig pagina's tellend (zelfgemaakt) waardebonnenboekje. Met daarin ook een waardebon voor een door het lief en mij samengesteld kookboek van onze grootste persoonlijke favorieten. In het doorbladeren van receptenmappen en blog heb ik het aantal recepten daarvoor tot nu toe kunnen 'beperken' tot drieëntwintig (het lief en ik spra- ken af 'vijf per persoon'), dus daar is nog wel wat werk aan. En dan is het maar goed dat mijn moeder 'geen vismens' is, want anders had ik met onderstaand briljànt recept een serieus probleem ge- had met dan-vierentwintig:
Dit recept stamt uit een tijd dat de dagelijkse markt, naast de eigen tuin (en het nabijgelegen bos), de enige bron van voedsel was en men nog nooit van aardappelen, crème fraîche of paprika gehoord had (in Nederland). Stel dat je op die markt een nog redelijk verse vis gekocht had met je laatste muntstukken en verder in de keuken enkel een handvol rozijnen, een restje kaneel, een half-afgeschaaf- de nootmuskaat en wat kruidnagels tot je beschikking had. En wat als die vis nou nèt niet helemaal koosjer genoeg voor het rooster was? Dan maakte je zo deze viskoekjes. Tenminste, aldus gaat mijn fantasie met mij op de loop. Ikzelf heb een prachtige gerookte ma- kreel (ook van de markt...) en een keuken vól specerijen.
Het enige werkje wat even tijd kost in de hele bereiding van deze maaltijd, is het 'plukken' van de vis. De huid afstropen, de vis file- ren en de graten uit de vis peuteren. De resterende vis wordt met olie, rozijnen, bloem en specerijen vermengd en in de koekenpan tot hamburgertjes gebakken. Het bijbehorende sausje is in minder dan drie minuten klaar en bestaat uit geen andere stappen dan een paar sneetjes verkruimelde ontbijtkoek met honing, ka- neel en kruidnagel in druiven- sap laten oplossen. Dit geeft per direct een ingedikte zoet- kruidige saus, die op bizarre wijze perfect past bij 'vis met rozijnen'.
Zelfs de (rauwe) sugarsnaps en de nieuwerwetse dot rucola kunnen er niet voor zorgen dat het geheel doet denken aan de specialiteit van een 14e eeuwse herberg. Ik mis alleen nog een grote pint bier en een wulpse keukenmeid om op de Rubensiaanse kont te slaan. Maar los daarvan, weer een recept om te bewaren!!
Zelfs de (rauwe) sugarsnaps en de nieuwerwetse dot rucola kunnen er niet voor zorgen dat het geheel doet denken aan de specialiteit van een 14e eeuwse herberg. Ik mis alleen nog een grote pint bier en een wulpse keukenmeid om op de Rubensiaanse kont te slaan. Maar los daarvan, weer een recept om te bewaren!!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten